Natuurlijk sluit ik deze Normandische week af met een recept. Daarvoor gebruikte ik de ingrediënten die er zo vaak op het menu staan en in Normandië ook op iedere hoek te koop zijn. Dat zijn vooral appels en producten van appels. In mijn recept gebruikte ik appelcider. Die moet je in Normandië trouwens zeker gedronken hebben.
Ik serveerde het met rijst maar zelfgemaakte frietjes of aardappelpuree zullen er zeker ook heel lekker bij smaken.

Ingrediënten
4 kalfsfiletlapjes of kalfskarbonade;
250 ml appelcider;
200 ml room;
50 gram boter;
1 el olijfolie;
1 ui;
1 el dijonmosterd;
1 el bloem;
1 el gehakte peterselie;
3-4 appels (Jonagold);
peper en zout.

Bereiding
Snipper de ui zeer fijn en hak de peterselie fijn.
Verhit de helft van de boter in een braadpan samen met de olijfolie. Braad de kalfsfiletlapjes aan (3 minuten aan beide zijden); Schil in de tussentijd de appels en snijd ze in flinke dobbelstenen.
Haal de filetlapjes uit de pan en houd ze warm onder een stukje aluminiumfolie. Fruit in dezelfde pan de ui aan op niet al te hoog vuur. Voeg de bloem erbij en warm even door totdat de bloem ‘gaar’is. Blus af met de cider. Meng het geheel goed door en laat de cider enigszins inkoken.
Verwarm ondertussen een andere pan en smelt daarin de rest van de boter. Bak de appelblokjes goudbruin op middelhoog vuur. Regelmatig omscheppen.
Doe tot slot de room, de mosterd en de peterselie bij het cidermengsel. Roer dit goed door, breng op smaak met peper en zout en leg de kalfsfilet er nog heel even bij.
Serveer de lapjes met de saus en leg er de appelblokjes naast.

Bon appetit!