De Indische of Indonesische keuken is niet bekend bij mij.
Met de wetenschap dat de meeste gerechten die we bij ”de Chinees” halen afkomstig zijn uit Indonesië of misschien beter gezegd uit Nederlands-Indië houdt het ver op. Tegenwoordig worden we op 24Kitchen een beetje ‘bijgeschoold’ door Danny Jansen maar de bekendste kok afkomstig uit Nederlands-Indië die Nederland wegwijs maakte in de Indonesische keuken is natuurlijk Lonny Gerungang, die er een hele rits kookboeken over schreef. Wat ik wél heb is een oud (oud in de zin van vroeger) buurmeisje met wie ik opgroeide maar die haar roots heeft in Indonesië. Dank zij Facebook kwamen we weer met elkaar in contact en we bleken dezelfde hobby te hebben. Al kan de Europese en Aziatische keuken dan wel heel ver uit elkaar liggen. Niet alleen in ingrediënten maar ook in beleving. Zo kreeg ik van haar zusje al meteen op mijn kop omdat er geen lepel op de foto zichtbaar is. De meeste Indonesische gerechten worden dus met een lepel gegeten. Eigenlijk wel zo handig natuurlijk.

Natuurlijk kreeg ik wat recepten van Joan. Ik heb ze nog niet allemaal gemaakt. Sommige zijn onderdeel van een Indische rijsttafel. Dat vergt enorm veel voorbereiding en ik ben er van overtuigd dat het me dan nog niet zou lukken alles op tijd en goed op tafel te krijgen. Ik vraag me af of ik daar dus ooit aan ga beginnen. Deze Daging smoor aten wij als hoofdgerecht met rijst. En of het een soort vloeken in de kerk is weet ik niet (ik verwacht het niet hoor) maar de Taugé voegde ik zelf toe omdat we anders weinig groente zouden hebben. Sperzieboontjes ernaast zou overigens ook prima zijn gegaan.

Ingrediënten
750 gram runderlappen;
2 uien fijn gesnipperd;
2-3 teentjes knoflook fijn gesneden;
1 tl sambal badjak (ik gebruikte oelek);
1 tl sereh poeder;
2 kruidnagels;
mespunt nootmuskaat;
1 theelepel kaneel;
6 eetlepels ketjap manis;
2 eetlepels bruine basterdsuiker;
gemalen zwarte peper;
zout;
olie (wokolie of zonnebloemolie);
water
125 gram taugé.

Bereiding
Snijd het vlees ze in kleine stukken. Snipper de ui, en snijd de knoflook fijn. Schenk een klein beetje olie in de wok. Fruit de ui en de knoflook licht aan. Voeg het vlees toe en braad het aan. Voeg de kruiden, ketjap manis, sambal en de basterdsuiker toe. Goed doorroeren. Doe er wat water bij. Op zacht vuur het vlees gaar sudderen. Regelmatig wat water toevoegen tot het vlees gaar is. Minimaal 2-3 uur sudderen op een laag vuurtje (afhankelijk van het vlees). Het laatste half uur geen water meer toevoegen zodat er een dikkere saus ontstaat. De taugé er doorheen scheppen en even doorwarmen. Aan het eind het vlees en de saus proeven. Naar smaak kruiden en/of zout toevoegen.

En om met Joan te spreken: “Selamat Makan”, Smakelijk eten!